Overslaan en naar de inhoud gaan

Zoek naar woorden in 12 partijprogramma's

Geef een of meerdere woorden
Selecteer een van de filters en klik op 'Toepassen' om het resultaat te zien

Stel een daad

Verkiezingsprogramma van de SP voor de Tweede Kamerverkiezingen van 17 maart 2021

Inleiding

‘Als de rijken nóg rijker worden, krijgt iedereen het dan beter? Die liberale gedachte is een valse belofte. Wij vechten al jaren tegen de macht van de markt. Tegen het marktdenken en de invloed van het grote geld. Tegen de private rijkdom en de publieke armoede. In de zorg, de huisvesting, de economie. Tegen de gedachte dat mensen vooral aan zichzelf moeten denken, in plaats van om te kijken naar elkaar. Het neoliberale denken heeft gefaald. Het is tijd voor verandering.

De coronacrisis heeft geleid tot veel leed en verdriet, maar toont ook wat werkelijk van waarde is. Deze crisis maakt duidelijk waarom de publieke sector zo belangrijk is. Corona laat ook zien wie er in ons land echt toe doen. Dat zijn niet de zogenaamde ‘zorgondernemers’ die winst willen maken, maar de zorgverleners die ons door de crisis slepen. Deze crisis laat zien hoe kwetsbaar we zijn als we voor zaken als vaccins, medicijnen en hulpmiddelen afhankelijk zijn van de markt. Ze toont de noodzaak aan van een fundamenteel andere politiek.

De markt blijkt onze problemen niet te kunnen oplossen, alleen mensen zélf kunnen dat. Door niet het verdienmodel, maar de mens als vertrekpunt te nemen. Door elkaar niet langer als concurrenten te zien, maar samen te werken. We zijn immers één samenleving, waar iedereen de mogelijkheid moet krijgen om een bijdrage te leveren. We vormen met ons allen één gemeenschap, die is gebouwd op gedeelde waarden. Van menselijke waardigheid, gelijkwaardigheid en solidariteit. Die zijn de basis voor een andere en eerlijke politiek.

Wij zeggen dat blijvende ongelijkheid niet eerlijk en ook niet nodig is. Socialisme, dat is strijden tegen de discriminatie, achterstelling en uitbuiting van mensen. En vóór vrijheid, vóór solidariteit en eerlijke kansen voor iedereen. Wij willen mensen niet tegen elkaar uitspelen, op basis van kleur, sekse of klasse, maar juist bij elkaar brengen. Omdat mensen zoveel belangen delen. De economie is er voor de mensen en niet andersom.

Solidariteit is voor de SP niet alleen een zaak van woorden, maar vooral een kwestie van daden. Al onze politici dragen een groot deel van de vergoedingen die zij krijgen af. Geld dat onder meer gaat naar onze leden en afdelingen. Wij laten ons niet betalen door bedrijven en lobbyisten die het beleid in dit land zo lang hebben bepaald. De SP is een bijzondere partij, we willen het niet alleen anders, wij doen het ook anders.

Door te investeren in dat wat van ons allemaal is. Niet door hier en daar wat bij te schaven, maar door fundamentele keuzes te maken. Een betere toekomst maken we met ons hoofd, maar ook met ons hart. Op de idealen die we nu uitdragen bouwen we de werkelijkheid van morgen. Doe met ons mee. Laat op 17 maart uw stem horen. Stel een daad: stem SP.’

Lilian Marijnissen

1 Een eerlijk land

De overheid is er voor de mensen – en niet andersom. Daarom trekken wij onder andere samen op met de slachtoffers van de Belastingdienst, die ten onrechte van fraude zijn beschuldigd. Discriminatie accepteren wij nooit en al helemaal niet door de overheid. Mensen moeten wat ons betreft altijd het laatste woord hebben en kunnen ingrijpen in de politiek. Daarom hebben we het initiatief genomen voor een bindend referendum, waarin mensen de politiek kunnen terugfluiten en wetten ongedaan kunnen maken. Ook steunen we alle klokkenluiders die misstanden melden.

In bedrijven horen niet alleen de aandeelhouders, maar vooral de werknemers een stem te hebben. Zij hebben een hart voor de zaak en begrijpen als geen ander wat goed is voor hun bedrijf. Werknemers krijgen daarom veel meer inspraak bij ingrijpende beslissingen, zoals bij grote investeringen, de hoogte van de inkomens aan de top of bij fusies of de verkoop van het bedrijf. Dat is ook beter voor ons allemaal. Aandeelhouders cashen graag op de korte termijn, werknemers willen liever een duurzaam bedrijf dat goed is voor het land.

  • 1. De mensen en niet de politici hebben in onze democratie het laatste woord. De bevolking krijgt het recht om de bestuurders terug te fluiten op het moment dat die besluiten nemen die mensen niet willen. We voeren een bindend correctief referendum in op nationaal, provinciaal en lokaal niveau. Als verdragen worden gesloten die raken aan onze soevereiniteit, worden die in een referendum aan de bevolking voorgelegd.
  • 2. We democratiseren de economie, in bedrijven met meer dan honderd medewerkers krijgen werknemers instemmingsrecht en net zoveel zeggenschap als de aandeelhouders, over zaken als grote investeringen, beloningen, fusies of verkoop. Op deze manier voorkomen we dat besluiten worden genomen die op de korte termijn veel winst opleveren voor de aandeelhouders, maar die slecht zijn voor de medewerkers en voor de toekomst van het bedrijf.
  • 3. Bestuurders en toezichthouders van bedrijven en organisaties die publieke diensten uitvoeren worden hoofdelijk aansprakelijk gesteld en gestraft bij fraude, corruptie of bij een ernstig falen. Aan het gegraai door bestuurders in de publieke sector maken we een einde. De inkomens en vergoedingen aan de top van alle bedrijven die worden betaald met belastinggeld of waar de overheid te hulp schiet mogen niet hoger zijn dan die van de minister-president.
  • 4. verheden die schade veroorzaken moeten die schade ook vergoeden. Dat geldt zeker ook voor de gedupeerden van de gasboringen in Groningen, van de mijnbouwschade in Limburg en van de toeslagenaffaire bij de Belastingdienst. Het Huis voor klokkenluiders moet voldoende mensen en middelen hebben om maatschappelijke misstanden te onderzoeken. Alle mensen die een misstand melden kunnen financieel een beroep doen op een Fonds voor klokkenluiders.
  • 5. Voor politici gaan voortaan dezelfde regels gelden als voor werknemers. Betere sociale voorzieningen voor politici willen we niet meer. Daarom maken we een einde aan de riante wachtgeldregeling. Ook andere bijzondere regelingen voor politici schaffen we af, zoals de ruime vergoedingen voor reizen en verblijf. SP’ers geven al jarenlang het goede voorbeeld, zij dragen een groot deel van hun vergoedingen af en investeren dat in acties met mensen of in hulpdiensten voor mensen.
  • 6. Politieke partijen dienen onafhankelijk te zijn en mogen zich niet afhankelijk maken van sponsoren die op deze wijze invloed kopen. Partijen moeten daarom volledige openheid geven over alle giften. We willen een verbod op sponsoring door bedrijven en op financiering vanuit het buitenland. Bestuurders moeten openheid geven over al hun contacten met lobbyisten. We bestrijden ondermijning van het bestuur door criminelen.
  • 7. Gemeenten moeten voldoende geld krijgen om zélf beleid en keuzes te maken voor hun inwoners. Nu hebben gemeenten grote tekorten, op jeugdzorg, WMO, het onderhoud van de buurt, of de hulp voor mensen met schulden. Veel meer geld is nodig om de gemeenten deze taken te laten uitvoeren. Dat geldt in het bijzonder voor de regio’s waar de bevolking krimpt en de voorzieningen al sterk onder druk staan.
  • 8. Een goede ambtenaar is goud waard. Overheden moeten meer investeren in de eigen kennis en kunde en minder afhankelijk worden van dure consultants en adviseurs. Er komt een wettelijk maximum voor de inhuur van externen bij overheden en alle andere bedrijven en organisaties die publieke diensten uitvoeren (de zgn. ‘Roemer-norm’). Overheden stoppen met mensen discrimineren, zoals is gebeurd bij de Belastingdienst.
  • 9. Het huidige Koninkrijk van Nederland met de autonome landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten dreigt ten onder te gaan aan politieke ruzies en onderling wantrouwen. We willen daarom een nieuwe samenwerking, waarbij we afspreken hoe de vier landen gaan samenwerken op basis van gelijkwaardigheid. De bewoners van Saba, Sint Eustatius en Bonaire horen bij ons land en verdienen een gelijkwaardig niveau van sociale voorzieningen.
  • 10. We willen een gekozen staatshoofd. Tot die tijd is een monarchie in een democratie alleen houdbaar als het staatshoofd geen politieke invloed heeft, maar ceremonieel is. Ook de leden van het Koninklijk Huis betalen voortaan zélf hun privékosten en belasting over inkomen en vermogens. Een Koningshuis kost geld, maar het persoonlijke inkomen van de Koning en de andere leden van het Koninklijk Huis hoeft niet hoger te zijn dan dat van de minister-president.

2. Een eerlijke economie

De economie moet er zijn voor de mensen – en niet andersom. Het geld dat wij met zijn allen hebben verdiend is vooral naar de rijken gegaan, de meeste mensen hebben van de groei nauwelijks geprofiteerd. Door vrijhandel worden overal in de wereld arbeiders uitgebuit en kapitaalbezitters gespekt. We willen de economie eerlijker maken, door de macht van de aandeelhouders te beperken en de werknemers meer zeggenschap te geven in de bedrijven. Ook laten we werknemers voortaan eerlijk delen in de winsten.

Het idee dat de markt ons land beter kan organiseren dan de democratie, is een illusie gebleken. Lange tijd stonden wij in de politiek alleen in onze kritiek op het neoliberalisme, maar buiten het parlement groeide het verzet. Het is tijd voor andere keuzes. Wat niet failliet mag gaan, hoort niet op de markt: publieke diensten die betaald worden met publiek geld, nemen we ook in publieke handen. Zaken die essentieel zijn voor ons land, waaronder cruciale medicijnen en vaccins, zullen we in de toekomst veel meer zélf moeten gaan produceren.

  • 1 Zonder de werkenden is er geen winst. Niet alleen de bestuurders en de aandeelhouders, maar ook alle medewerkers krijgen voortaan het recht op een deel van de winst. Zo profiteren ook de werknemers op het moment dat dividend wordt uitgekeerd aan de aandeelhouders. Werknemers zullen als collectief profiteren van dividenduitkeringen, bovenop hun reguliere salaris. Het minimale percentage van de winstdeling leggen we vast in een wet.
  • 2 Werknemers krijgen meer te zeggen. Bij grote bedrijven kiezen zij de helft van de commissarissen, de andere helft wordt gekozen door de aandeelhouders. Op deze manier worden de belangen van de werknemers beter vertegenwoordigd. Aandeelhouders die langer aandelen in bezit hebben, krijgen een dubbel stemrecht. Flits-kapitalisten krijgen zo niet alleen tegenmacht van de werknemers, maar ook van investeerders die duurzame belangen hebben.
  • 3 Ook de grote bedrijven gaan hun bijdrage leveren en eerlijk belasting betalen. Ontduikers worden straf-rechtelijk vervolgd. Speciale belastingafspraken met multinationals en perverse aftrekposten schaffen we af. Door een specifieke ‘digitaks’ zorgen we dat ook onlinebedrijven en internetplatforms voortaan hun bijdrage leveren. Met een ‘miljonairsbelasting’ laten we de allerrijkste burgers hun eerlijke deel betalen.
  • 4 We maken een nationale betaal- en spaarbank, een publieke bank waar ons spaargeld en betaalverkeer veilig zijn en waar niet met ons geld wordt gespeculeerd. De banken dienen meer verantwoording af te leggen over de maatschappelijke gevolgen van de leningen die ze verstrekken. Spaarders krijgen het recht te weten wat banken met hun spaargeld doen. Betaalgegevens van klanten mogen niet commercieel worden gebruikt. Contant geld moet blijven bestaan.
  • 5 Wij zetten ons in voor eerlijke handel en blijven ons dus verzetten tegen handelsverdragen met exclusieve privileges voor buitenlandse investeerders, zoals TTIP en CETA. Winstbejag van de rijken ten koste van de voedselveiligheid, de mensenrechten en een schoon milieu accepteren we niet. Internationaal zetten we ons onder meer in voor een belasting op financiële transacties. Zo kunnen we ook uitbuiting van arme landen helpen voorkomen. We maken een einde aan Nederland als belastingparadijs.
  • 6 Het midden- en kleinbedrijf is ontzettend belangrijk voor onze economie. Lokale ondernemers krijgen hulp, onder meer door aanbestedingen voortaan ‘mkb-vriendelijk’ te maken, betere huurbescherming van panden en ondersteuning bij ziekte van werknemers. Met een nationale investeringsbank voor het mkb kunnen kleine en startende bedrijven makkelijker lenen en bevorderen we duurzame vernieuwing
  • 7 Persoonlijke gegevens zijn voor techbedrijven een verdienmodel. Omdat mensen met hun eigen gegevens betalen zijn die ‘data’ ook een betaalmiddel geworden. Deze persoonlijke data gaan we dezelfde bescherming geven als wanneer consumenten voor diensten betalen met geld. Om de privacy en de veiligheid van mensen beter te beschermen is het nodig dat de grote techbedrijven worden opgesplitst.
  • 8 Internet en sociale media moeten voor iedereen beschikbaar en betaalbaar zijn. En de democratie versterken. Daarom nemen we maatregelen tegen grote techbedrijven als die algoritmes gebruiken die eenzijdige informatievoorziening creëren. Sociale media mogen geen vrijplaatsen zijn voor bedreiging en intimidatie. We willen dat een ‘Commissie-Digitalisering’ de politiek adviseert over de maatschappelijke gevolgen van technologische ontwikkelingen en voorstellen doet voor aanvullende burgerrechten in het digitale tijdperk.
  • 9 Wat niet failliet mag gaan, hoort niet op de markt. We stoppen met de uitverkoop van publieke diensten. Wij halen de markt uit onze zorg. Woningcorporaties komen in handen van de huurders, niet de bestuurders maar de huurders krijgen het hier voor het zeggen. Het openbaar vervoer wordt een publieke dienst. We maken de energievoorziening weer publiek, zodat we meer duurzame energie kunnen opwekken.
  • 10 Om sociaal uit de coronacrisis te komen investeren wij in meer banen, zowel in de publieke sector (onderwijs, zorg, politie en OV) als in de private sector (gerichte ondersteuning van het mkb). Met een Green New Deal investeren we in groene banen. De overheid moet kunnen ingrijpen als nationale belangen in het geding dreigen te komen, zoals de werkgelegenheid, het milieu of de aanwezigheid van cruciale industrieën.

3 Een zorgzaam land

We gaan de rekening voor de zorg eerlijk delen. We stoppen met de marktwerking in de zorg. Het eigen risico gaat naar nul. De ziektekostenpremie maken we inkomensafhankelijk, daar profiteren de mensen met lagere en middeninkomens van. Omdat het woud aan zorgpolissen en de commerciële zorgverzekeraars de zorg onnodig bureaucratisch en duur maken, willen wij één Nationaal ZorgFonds. Dat is beter voor iedereen. Ook de tandarts, de ggz en de fysiotherapie kunnen dan weer worden vergoed.

De coronacrisis toont hoe afhankelijk we zijn van de farmaceutische multinationals, die wél grote winsten maakten, maar niet wilden investeren in medicijnen en hulpmiddelen. We moeten zorgen voor voldoende bedden, apparatuur en personeel. Belangrijke medicijnen moeten we als land zoveel mogelijk zélf gaan ontwikkelen en produceren. Dat gaan we doen met een nationaal onderzoeksfonds. De ontwikkelde medicijnen en middelen blijven voortaan in publieke handen en zijn daarom ook voor iedereen betaalbaar.

  • 1 We gaan de rekening voor de zorg eerlijk delen. Het eigen risico gaat naar nul. Er komt een Nationaal Zorgfonds, waardoor de talloze zorgpolissen en zorgverzekeraars overbodig worden. Ook de tandarts, de ggz en de fysiotherapie worden vergoed. De premies maken we inkomensafhankelijk, mensen met een lager en middeninkomen profiteren hiervan. De zorgtoeslag wordt hiermee overbodig.
  • 2 Met een nationaal onderzoeksfonds geneesmiddelen worden we minder afhankelijk van de farmaceutische industrie. Medicijnen die worden ontwikkeld blijven in publieke handen. We maken één landelijk systeem voor centrale inkoop van medicijnen en hulpmiddelen, waarmee we de kosten van de zorg beter beheersen. Ook leggen we een strategische voorraad aan voor beschermingsmiddelen en voor cruciale medicijnen.
  • 3 Met een nationaal onderzoeksfonds geneesmiddelen worden we minder afhankelijk van de farmaceutische industrie. Medicijnen die worden ontwikkeld blijven in publieke handen. We maken één landelijk systeem voor centrale inkoop van medicijnen en hulpmiddelen, waarmee we de kosten van de zorg beter beheersen. Ook leggen we een strategische voorraad aan voor beschermingsmiddelen en voor cruciale medicijnen.
  • 4 Ondernemers die streven naar winst krijgen geen kans meer in de zorg. We willen stoppen met de aanbestedingen, ook voor de gemeentelijke zorgtaken. Voor alle zorg gaat een verbod gelden op winstuitkeringen en bestuurders mogen niet langer financiële belangen hebben in de bedrijven die door de eigen zorginstelling worden ingehuurd. We stoppen het gegraai. Zorgbestuurders en consultants mogen voortaan niet méér verdienen dan de minister-president.
  • 5 De hoge uitstroom van personeel uit de zorg wordt gestopt. In de zorg wordt niet de winst, maar goed werkgeverschap leidend. De salarissen gaan omhoog en zorgverleners krijgen meer invloed om onzinnige regels en bureaucratie te schrappen. We brengen de menselijke maat terug in de zorg en herstellen het vertrouwen in de beroepskrachten. Niet verzekeraars maar zorgprofessionals stellen vast welke zorg nodig is.
  • 6 De financiële verantwoordelijkheid voor de specialistische jeugdzorg komt bij de Rijksoverheid. Financiële afwegingen bij gemeenten mogen de kwaliteit van de jeugdzorg niet onder druk zetten. We beperken ook de bureaucratie bij de organisatie en verantwoording van jeugdzorg. Betere zorg is nodig voor mensen met een beperking. Hun belangen verdienen dan ook meer aandacht in alle onderdelen van het overheidsbeleid.
  • 7 De ggz-ondersteuning wordt een vast onderdeel van de zorg in de buurt. De wachtlijsten dringen we terug door voldoende opnameplaatsen en ambulante behandelplaatsen in iedere regio, met voldoende geschoold personeel. Zo voorkomen we persoonlijke drama’s en de maatschappelijke kosten van overlast, vervuiling en verslaving. Bij een crisis geldt dat niet de politie de eerste opvang moet doen, maar dat er voldoende ggz beschikbaar moet zijn.
  • 8 We voorkomen dat de zorg per gemeente verschilt, door invoering van een gemeentelijk basispakket voor o.a. de huishoudelijke hulp, begeleiding, dagbesteding en ondersteuning voor mantelzorg (respijtzorg). Door gemeenten voldoende middelen te geven voor de zorgtaken wordt de eigen bijdrage overbodig. Geld dat bestemd is voor de zorg gaat ook daadwerkelijk naar zorg, en niet naar allerlei bureaucratie en riante inkomens voor zorgbestuurders.
  • 9 Elke regio in Nederland verdient een volwaardig ziekenhuis, ook voor alle spoedeisende zorg (waaronder acute verloskunde). Er verdwijnen geen ziekenhuizen of afdelingen en daar waar nodig gaan reeds gesloten afdelingen weer open. Ziekenhuizen worden voortaan gefinancierd naar zorgbehoefte en niet meer per aantal verrichte handelingen. Specialisten gaan in loondienst werken. We willen ook overal een huisartsenpost op acceptabele afstand.
  • 10 De sociaaleconomische gezondheidsverschillen gaan we verkleinen. We zetten meer in op preventie, zoals het bestrijden van overgewicht. De belasting op gezonde voeding gaat omlaag en de belasting op ongezonde voeding omhoog. Preventieve middelen waarvan het nut is aangetoond komen voortaan in het verzekerde pakket. De mondzorg met preventieve controles voor kinderen wordt verbeterd, onder meer door het organiseren van de tandarts vanuit de scholen.

4 Een werkend land

Solidariteit is een werkwoord, iets om voor te strijden. Voor een fatsoenlijk inkomen en goede ondersteuning bij ziekte en werkloosheid. Iedere werknemer krijgt weer het recht om met 65 jaar met pensioen te gaan. Iedereen die dat wil kan blijven doorwerken. Op deze manier voorkomen we dat werknemers ‘op’ raken en bieden we ruimte aan jongeren die op zoek zijn naar werk. Jongeren kregen al moeilijker een vaste baan. Door flexcontracten en de economische crisis hebben zij nu een nóg moeilijkere start op de arbeidsmarkt.

Veel inkomens zijn jarenlang achtergebleven. Daarom willen we een investeringsplan voor Nederland. Het minimumloon verhogen we in deze periode tot 14 euro. We verhogen ook de uitkeringen. Door middel van een loon- en investeringsakkoord met vakbonden en werkgevers zorgen we er bovendien voor dat de achterstand in lonen van de overige werknemers wordt ingehaald. Alle ZZP’ers en ook overige werknemers met een onzeker contract krijgen meer zekerheid. Voor mensen met een beperking maken we vernieuwde sociale werkplaatsen.

  • 1 We verlagen de AOW-leeftijd naar 65 jaar, zodat iedereen voortaan vanaf 65 jaar kan stoppen met werken. Werknemers krijgen het recht om na hun 65ste door te werken, als mensen daar bewust voor kiezen. De AOW gaat met minimaal een kwart omhoog. Zo zorgen we dat onze gepensioneerden meer te besteden krijgen. Er moet een nieuw pensioenakkoord worden gesloten zodat de pensioenen kunnen meestijgen met de prijzen.
  • 2 Wij verlagen de lasten op arbeid voor iedereen tot en met een modaal inkomen en verhogen in deze periode het minimumloon tot 14 euro per uur. De AOW-uitkering, de Wajong, de WIA en het sociaal minimum (bijstand) stijgen automatisch mee. Een verhoging van het minimumloon leidt ook tot verhoging van de overige inkomens. Het minimum jeugdloon vanaf 18 jaar schaffen we af, zodat ook de jongeren een gelijk loon krijgen voor gelijk werk.
  • 3 Het stelsel van toeslagen maken we overbodig door de zorg, het wonen en de kinderopvang voortaan voor alle inkomens betaalbaar te maken. Daarmee stoppen we met het nutteloos rondpompen van geld en mensen ten onrechte beschuldigen van fraude. Ook de ‘kostendelersnorm’, een korting op de uitkering, schaffen we af. Mantelzorgers mogen geen boete krijgen voor de steun die zij verlenen.
  • 4 We sluiten een loon- en investeringsakkoord met vakbonden en werkgevers om de loonachterstand voor alle werknemers in te halen. Salarissen van topbestuurders in het bedrijfsleven worden onder neen cao gebracht. De salarissen en overige beloningen van bestuurders mogen nooit méér zijn dan tien keer de beloning van de laagstbetaalde werknemer. Dat is met inbegrip van alle bonussen. Alleen onafhankelijke vakbonden mogen een cao sluiten.
  • 5 We voorkomen dat mensen gedwongen als zelfstandige aan de slag moeten, zoals in de bouw, de zorg of de platformeconomie (Uber, Deliveroo, etc.). Voor ZZP’ers verbeteren we de sociale zekerheid, onder meer door recht op een goed pensioen en een collectieve verzekering tegen arbeidsongeschiktheid. We stoppen met de uitbuiting van werknemers door een einde te maken aan onzekere arbeidscontracten.
  • 6 We steunen het midden- en kleinbedrijf (mkb), bijvoorbeeld door de zgn. kleinschaligheidsinvesteringsaftrek te verhogen. We stoppen met cadeaus aan grote bedrijven, zoals de baangerelateerde investeringskorting. De lasten van het doorbetalen van ziek personeel worden eerlijker verdeeld, zonder dat dit ten koste gaat van de zieke werknemers. Bij alle opdrachten van de overheid garanderen we dat grote bedrijven geen voorkeur hebben en kleine ondernemers meer kans krijgen.
  • 7 Het bestaande werk wordt eerlijker verdeeld, zodat mensen werken en zorg beter kunnen combineren De kinderopvang wordt vier dagen in de week gratis, zo kunnen meer mensen aan het werk. We ondersteunen het vrijwilligerswerk. Werken moet volwaardig worden beloond: Vrijwilligerswerk blijft altijd vrijwillig; regulier werk wordt altijd betaald. We stoppen direct met de verplichte ‘tegenprestatie’ in de bijstand en garanderen mensen werk. Werken zonder loon staan we niet toe.
  • 8 Iedereen heeft recht op een baan. Mensen met een arbeidsbeperking krijgen het recht op (begeleiding naar) werk. Daarvoor maken we nieuwe sociale werkplaatsen (sociale ontwikkelbedrijven). Jonggehandicapten kunnen rekenen op een nieuwe en hogere Wajong uitkering. De arbeidsongeschiktheidsverzekering (WIA) maken we beter. Ieder werk moet lonen, daarom komt er een nieuwe cao voor mensen op een beschutte werkplek.
  • 9 Mensen die gelijk werk doen, hebben ook gelijke rechten. Uitbuiting van werknemers gaan we tegen. We willen voorkomen dat in ons land banen tegen lage lonen worden weggeconcurreerd en werknemers worden uitgebuit. Daarom reguleren we de arbeidsmarkt door het invoeren van (tijdelijke) werkvergunningen. Arbeidsmigranten worden beschermd tegen hun werkgever door niet langer toe te staan dat die ook hun huisbaas is.
  • 10 Er komt een landelijk aanvalsplan om armoede en schulden te bestrijden (en te voorkomen). Armoede onder kinderen moet zo snel mogelijk worden uitgebannen. Mensen met schulden worden voortaan beter geholpen, door een goede en toegankelijke schuldhulpverlening met één herkenbaar verwijsloket. Incassobureaus die zich misdragen verliezen hun vergunning. Deurwaarders mogen niet commercieel zijn, dit wordt een publieke taak. De maximale rente op kredieten wordt verlaagd. Voedselbanken moeten overbodig worden.

5 Een lerend land

Goed onderwijs is een motor van de emancipatie. De groeiende tweedeling in het onderwijs is desastreus voor de toekomst van ons land. Ieder kind verdient een eerlijke kans om zichzelf te kunnen ontwikkelen en een bijdrage te leveren aan de samenleving. Door goed beroepsonderwijs en vakscholen voor iedereen die dat wil. Studeren mag geen luxe meer zijn, maar is een goed recht voor iedereen. Studenten moeten zonder schulden kunnen studeren, daarom komt er een studiebeurs. Docenten hebben veel te weinig zeggenschap, zij krijgen minder bureaucratie en de vrijheid in de klas die ze verdienen.

Goed onderwijs is een motor van de emancipatie. De groeiende tweedeling in het onderwijs is desastreus voor de toekomst van ons land. Ieder kind verdient een eerlijke kans om zichzelf te kunnen ontwikkelen en een bijdrage te leveren aan de samenleving. Door goed beroepsonderwijs en vakscholen voor iedereen die dat wil. Studeren mag geen luxe meer zijn, maar is een goed recht voor iedereen. Studenten moeten zonder schulden kunnen studeren, daarom komt er een studiebeurs. Docenten hebben veel te weinig zeggenschap, zij krijgen minder bureaucratie en de vrijheid in de klas die ze verdienen.

  • 1 Het vak van leerkracht moet aantrekkelijker worden. Er is sprake van een groeiend lerarentekort. Docenten krijgen een hoger salaris. We dichten de loonkloof tussen basisschool en voortgezet speciaal onderwijs versus het voortgezet onderwijs. De lonen worden landelijk uitbetaald, via een nationale cao. Daarmee worden over de hele linie de lonen van docenten verhoogd. Geld voor het onderwijs is niet bedoeld voor hoge beloningen of dure bonussen, de bestuurders vallen daarom onder de onderwijscao.
  • 2 We voeren een kleine klassenstrijd. We werken daarom naar klassen van maximaal 23 kinderen, te beginnen op scholen met veel kinderen uit armere gezinnen. Elk kind krijgt gelijke kansen, scholen mogen kinderen niet meer uitsluiten door een hoge ouderbijdrage. Niet dure particuliere instituten, maar scholen zélf gaan leerlingen waar nodig bijspijkeren. We verlagen de werkdruk en stoppen de onnodige bureaucratie voor docenten.
  • 3 Het ‘passend onderwijs’ gaat op de schop. Niet de bezuinigingswens van de politiek, maar de behoefte van het kind komt centraal te staan. Nieuwe scholen voor speciaal onderwijs worden mogelijk gemaakt. Het starten van speciaal onderwijs in het regulier onderwijs wordt gemakkelijker. Kinderen krijgen een leerrecht dat hen beschermt tegen schoolbesturen die ruzie maken over waar een kind terecht kan.
  • 4 Sport verbroedert, brengt mensen samen en is gezond. We willen meer gymlessen en sportbeoefening op school, onder leiding van vakleerkrachten. Ook zwemveiligheid moet meer prioriteit krijgen, o.a. door het invoeren van schoolzwemmen in het basisonderwijs. Sporten moet voor iedereen betaalbaar zijn. De sport heeft ook een voorbeeldfunctie. Misstanden moeten altijd en krachtig worden bestreden, zoals racisme op en langs het veld, gebruik van doping of seksueel misbruik.
  • 5 Veel kinderen leren beter op een werkplek dan in een klaslokaal. We geven het MBO alle ruimte voor goede beroepsopleidingen, die ook aansluiten op de arbeidsmarkt. De jongeren die geen startkwalificatie kunnen halen krijgen een arbeidsmarktkwalificatie die duidelijk maakt wat hun vaardigheden zijn. We maken het aantrekkelijk om een leven lang bijscholingen te volgen. Goed onderwijs moet geen luxe worden, het particuliere onderwijs leggen we aan banden.
  • 6 Studenten moeten zonder schulden kunnen studeren. Alle studenten krijgen voortaan een studiebeurs. Jongeren uit gezinnen met een lager inkomen krijgen daar bovenop een aanvullende beurs. Omdat studeren nooit een privilege mag worden voor de meer welvarenden. Er komt een compensatieregeling voor (oud-)studenten die de afgelopen jaren het slachtoffer zijn geworden van het schuldenstelsel.
  • 7 De positie van wetenschappers wordt versterkt, door meer vaste aanstellingen en waarborgen voor het doen van onafhankelijk onderzoek. Met een onderzoeksfonds waarin bedrijven opdrachten kunnen aanbieden, zonder dat er een directe band is tussen het bedrijf en de onderzoeker. Opdrachtgevers moeten de uitkomsten van onderzoek niet kunnen beïnvloeden en mogen publicatie van resultaten niet tegenhouden. Artikelen moeten bovendien gratis toegankelijk zijn.
  • 8 We staan voor de onafhankelijkheid van de media. Bedreiging van journalisten accepteren we niet, dat wordt altijd onderzocht en vervolgd. Door de invoering van een minimumtarief kunnen (freelance) journalisten en fotografen voortaan een fatsoenlijke boterham verdienen. Toezicht is nodig op de algoritmes die sociale mediabedrijven gebruiken. We zetten ons in voor het behoud en de versterking van de onafhankelijke lokale media.
  • 9 In een beschaafd land hoeven kunstenaars geen armoede te lijden. We gaan toezien op een eerlijke betaling en leggen dat vast in een wettelijke code. We lanceren een investeringsfonds ter ondersteuning van kunst- en cultuur, van kunstenaars en muzikanten van Nederlandse bodem. Zo houden we ook de kleine podia open. In creatieve sectoren hebben veel mensen onzekere contracten. Daarom verbeteren we de sociale zekerheid, door een goed pensioen en een collectieve verzekering tegen arbeidsongeschiktheid.
  • 10 In een nationaal historisch museum laten we zien hoe onze vrije democratische samenleving is ontstaan en welke strijd mensen hiervoor hebben geleverd. Wat de waarde is van de rechtstaat en hoe belangrijk onze sociale verzorgingsstaat is. Met aandacht voor de zwarte bladzijden in onze geschiedenis. Alle rijksmusea maken we gratis toegankelijk. De regionale musea worden één dag per week gratis. Subsidies voor kunst en cultuur komen nu vooral terecht in de Randstad. Wij willen een betere spreiding van de cultuursubsidies over het land.

6 Een land om te wonen

Volkshuisvesting is hét antwoord op de woningnood. Dat ideaal van goed en betaalbaar wonen voor iedereen is verkwanseld, door de liberalisering van de woningcorporaties en de verkoop van sociale huurwoningen. De huizen zijn onbetaalbaar geworden en de huren gaan door het dak. Daarom maken we een nationaal bouwplan voor een duurzame en betaalbare woningbouw. De komende jaren gaan de huren niet omhoog, maar omlaag. In de woningcorporaties krijgen niet de bestuurders maar huurders het voor het zeggen.

Duurzame energie mag geen luxeproduct worden, maar moet voor ieder huishouden betaalbaar zijn. Wij zetten publieke energievoorzieningen op waarmee we zonnepanelen op zoveel mogelijk geschikte daken gaan leggen. Daarmee kan evenveel of zelfs meer stroom worden opgewekt dan huishoudens nu gebruiken. We gaan massaal woningen verbeteren en isoleren. Zo krijgen mensen een beter huis, een lagere energierekening, zeggenschap over de energie en bedwingen we de klimaatcrisis.

  • 1 We willen een einde maken aan de woningnood. Een nieuw ministerie van wonen krijgt de regie over de huisvesting en maakt een nationaal bouwplan, voor de bouw van duurzame en betaalbare woningen voor iedereen. We streven naar een landelijke aanpak van leegstaand vastgoed. Gemeenten krijgen meer mogelijkheden om leegstand van kantoren, winkels en bedrijfspanden aan te pakken en krijgen de mogelijkheid om vastgoedbazen te onteigenen. Op deze manier kan ook extra woonruimte worden gemaakt voor onder meer jongeren en starters en voor mensen met een beperking.
  • 2 Ieder mens heeft recht op een betaalbaar huis. Dat moeten we dan ook mogelijk maken. De huren gaan de komende jaren niet omhoog, maar omlaag. Dat doen we in het bijzonder voor de mensen met een lager inkomen. In de toekomst willen we de huren meer koppelen aan het inkomen. We stoppen met de verkoop van sociale huurwoningen door woningcorporaties en stellen bij nieuwbouwprojecten eisen voor de bouw van betaalbare huurwoningen. Om huurders minder afhankelijk te maken van falende marktwerking voeren we voor alle woningen een maximale huurprijs in.
  • 3 Woningcorporaties worden verenigingen zonder winstoogmerk waar de huurders het voor het zeggen hebben. Zij gaan samen bepalen waar de huurgelden aan worden besteed. De verhuurderheffing en winstbelasting voor corporaties schaffen we af. Dat geld wordt geïnvesteerd in het nationaal bouwplan en gebruiken we voor verlaging van de huren, de bouw van huizen, verduurzaming van oudere woningen en het bouwen van nieuwe voorzieningen in buurten.
  • 4 Huizen zijn er voor mensen om in te wonen en niet voor huisjesmelkers of speculanten om rijk mee te worden. Het beleggen in vastgoed pakken we aan door een ‘woonplicht’ (zodat je ook echt in een huis moet gaan wonen) en een hogere overdrachtsbelasting vanaf het tweede huis. Zo beschermen we ook huurders in de ‘vrije sector’. Door speculatie met de grondprijzen is grond veel te duur geworden. We stellen voorwaarden aan ontwikkelaars die grond kopen om te bouwen. Het verbod op kraken heffen we op.
  • 5 De hypotheekrenteaftrek was ooit bedoeld voor mensen met een laag inkomen om een huis te kunnen kopen, maar is verworden tot een subsidie voor de rijken, die hier nu het meeste van profiteren. Voor hypotheken tot aan 350.000 euro blijft alles hetzelfde. Daarboven beperken we de renteaftrek. Mensen die een woning kopen of verbouwen worden beschermd tegen wanprestaties, door middel van een garantie.
  • 6 Kinderen moeten buiten kunnen spelen, dat is van belang voor hun fysieke en sociale ontwikkeling. Het kan ook bijdragen tot het beperken van overgewicht. Bij de inrichting van buurten moet meer rekening worden gehouden met mogelijkheden voor kinderen om te spelen en te sporten. Dat moet ook mogelijk zijn voor kinderen met een beperking. Jongeren hebben eveneens recht op een eigen plek, ook om rond te hangen. We gaan investeren in het buurtwerk en in buurtcentra.
  • 7 Na tien jaar neoliberaal woonbeleid is in ons land het aantal daklozen verdubbeld. We stoppen met het op straat zetten van mensen met een huurschuld en helpen hen met schuldsanering. Gemeenten maken een sluitend vangnet voor de opvang van dak- en thuislozen en plekken voor begeleid wonen. Met de woningcorporaties maken we afspraken voor een doorstroming naar vormen van zelfstandig wonen.
  • 8 De energierekening moet omlaag. Dat kan door woningen beter te isoleren en collectief van zonnepanelen te voorzien. En door beter onderhoud van woningen (zoals aanpak van schimmel). Zo worden energiekosten lager zonder dat de woonlasten stijgen. De energie is een publieke taak, we willen dan ook dat de energievoorziening in publieke handen komt. Zo voorkomen we dat duurzaam een luxeproduct wordt. We helpen eigenaren bij het vervangen van asbestdaken door zonnepanelen.
  • 9 Groningen is gebruikt als wingewest. De staat heeft ruim 400 miljard euro verdiend aan de gaswinning maar gedupeerden wachten nog steeds op schadeherstel en versterking van hun onveilige huis. Deze ramp pakken we aan met een crisisaanpak en een miljardenfonds voor Groningen. Alleen zo kan een begin worden gemaakt met het aanpakken van deze door de politiek aangerichte catastrofe.
  • 10 Ons land is geen eenheidsworst, we kennen grote regionale verschillen. Nationaal beleid voor wonen of werken kan voor verschillende gebieden heel anders uitpakken. Bij landelijke maatregelen moet voortaan beter worden bekeken of ze ‘regio-bestand’ zijn. In alle regio’s is de economische ontwikkeling anders. Lokale bestuurders moeten meer eigen beleid kunnen maken voor de aanpak van de lokale problemen.

7 Een veiliger land

Leven in veiligheid is onbetaalbaar. Dat zo hard is bezuinigd op de politie is dan ook dom. De agenten komen in actie, omdat zij hun werk niet meer kunnen doen. Ze hebben te weinig collega’s en te veel zaken blijven op de plank liggen. Voor de allerrijksten is veiligheid te koop, de particuliere beveiliging bloeit als nooit tevoren. Maar in veel buurten zien mensen steeds minder vaak de wijkagent en zijn politiebureaus gesloten. Die tweedeling pakken we aan. Door meer te investeren in veiligheid op straat en politie in de buurt

Het recht zou moeten gelden voor iedereen, maar je recht halen is voor steeds meer mensen onbetaalbaar geworden. Door de hoge kosten van een procedure en het uitkleden van de rechtsbijstand. Mensen met veel geld kunnen dure advocaten betalen en gemakkelijk lange procedures voeren. Ook deze tweedeling gaan we bestrijden. Om het recht toegankelijk te maken starten we met Huizen van het recht, dicht in de buurt. Waar rechters spreekuur hebben en waar advocaten, mediators en schuldhulpverleners aanwezig zijn.

  • 1 De politie moet meer mensen krijgen om het werk te kunnen blijven doen. We willen meer politiebureaus in de buurt. Ook komen er meer mensen en middelen voor de aanpak van digitale criminaliteit. De politie kan niet alle taken uitvoeren die anderen laten liggen. Verwarde personen horen niet in een politiecel, maar in de geestelijke gezondheidszorg. Daarvoor is meer opvang nodig in de ggz. Wijkagenten zijn de oren en ogen van de politie en horen in de buurt te zijn.
  • 2 Door de tekorten bij de politie, worden in gemeenten meer buitengewone opsporingsambtenaren (boa’s) aangesteld. Wij willen meer agenten. Als lokale handhavers toch politietaken moeten uitvoeren moeten zij ook politieagent worden. Met een politieopleiding en een aangepaste bewapening. Deze handhavers horen deel uit te maken van de politieorganisatie, zodat een goede samenwerking is verzekerd. Op deze wijze krijgt de politie ook weer extra oren en ogen in de wijken.
  • 3 We stoppen met de uitholling van de brandweer. Er worden geen brandweerkazernes meer gesloten. We verzetten ons tegen Europese plannen die beperkingen willen stellen aan onze vrijwillige brandweer. In plaats daarvan starten we een campagne om meer mensen te werven als vrijwilliger. We stoppen bezuinigingen die er toe leiden dat de brandweer met minder mensen uitrukt en langer moet wachten op versterking.
  • 4 De mensen die zich elke dag inzetten voor onze veiligheid verdienen ook onze bescherming. Agressie tegen politieagenten, brandweerlieden, mensen op de ambulance en andere hulpverleners accepteren we niet. Geweld tegen deze hulpverleners wordt altijd en direct bestraft. Veelplegers gaan verplicht een cursus ‘sociaal gedrag’ volgen. Hulpverleners krijgen meer steun bij het verwerken van traumatische ervaringen.
  • 5 Veel te veel aangiften van mensen blijven op de plank liggen. We investeren in recherche en justitie (OM, NFI en rechtbanken) om meer zaken op te lossen en mensen recht te doen. Boetes zijn voor de rijken zelden een straf, maar voor mensen met een laag inkomen des te meer. Die worden onevenredig getroffen en dat is niet rechtvaardig. We gaan de boetes – daar waar mogelijk is – inkomensafhankelijk maken.
  • 6 Misdaad mag niet lonen, daarom gaan we meer geld afpakken van veroordeelde criminelen. De politie, het OM en de FIOD krijgen meer capaciteit om crimineel geld vaker op te sporen. Met witteboordencriminelen wordt niet meer geschikt, deze criminelen gaan we voortaan financieel plukken en hard straffen. De winsten van frauderende bedrijven zullen worden afgepakt en hun vergunningen worden ingetrokken.
  • 7 We brengen de rechtspraak dichter bij de mensen, met Huizen van het recht door het hele land. Waar eerste hulp kan worden geboden als mensen juridische of sociale problemen hebben. Een plek in de buurt waar je terecht kunt als je een conflict hebt met de overheid of met een bedrijf, of als je problemen hebt op je werk of met je huisbaas. Maar waar ook hulp is voor mensen met sociale problemen, zoals schulden.
  • 8 We verbeteren de toegang tot het recht, dit is een fundament van onze rechtsstaat. De griffierechten gaan omlaag. Sociaal advocaten zijn onmisbaar voor mensen die geen dure advocaat kunnen betalen. Om te voorkomen dat sociaal advocaten stoppen verhogen we de vergoedingen, verlagen we de eigen bijdragen en verruimen we de inkomensgrenzen. Zo garanderen we de rechtshulp en gaan we klassenjustitie tegen.
  • 9 De teelt en de verkoop van softdrugs voor de Nederlandse markt gaan we reguleren en legaliseren. Zo kunnen we drugscriminaliteit tegengaan en de veiligheid van drugs beter controleren. Drugsgebruik ontmoedigen we, maar gebruikers criminaliseren we niet. Meer onderzoek naar de schade van verschillende typen drugs is nodig om te bepalen of de huidige lijst met verboden drugs zal moeten worden aangepast.
  • 10 Slachtoffers van letselschade hebben niet alleen te maken met schade, maar komen vaak ook nog in de problemen als verzekeraars weigeren om op tijd en fatsoenlijk uit te keren. Aan dat onrecht maken we een einde. Verzekeraars moeten slachtoffers van schade voortaan sneller helpen en beter behandelen. Als een verzekeraar zich niet goed gedraagt krijgt het bedrijf een boete of kan het zelfs de vergunning verliezen.

8 Een schone wereld

Het huidige klimaatbeleid faalt en is onrechtvaardig. Klimaatverandering zorgt wereldwijd voor verwoeste oogsten, hittegolven, watertekorten, aardbevingen, vervuilde lucht en gezondheidsschade. De klimaatcrisis en de sociale tweedeling zijn uitwassen van hetzelfde kapitalistische denken. De rijkste één procent van de wereldbevolking stoot dubbel zoveel CO2 uit als de armste helft. Wij staan voor klimaatrechtvaardigheid. Wij laten de huishoudens en het mkb niet langer de rekening betalen. De grote vervuilers worden aangepakt. Met een Green New Deal pakken we de sociale ongelijkheid aan én bestrijden we de klimaatcrisis.

Landbouw en veeteelt zijn uit hun voegen gegroeid, door intensivering en schaalvergroting. Dat ging ten koste van natuur en milieu en van het dierenwelzijn. En het is bovendien slecht voor de toekomst van de boeren. Wij willen een ‘boerenlandbouw’, ofwel een gezonde productie waarmee boeren de kost kunnen verdienen. Schoon en betaalbaar vervoer kunnen we niet overlaten aan de markt. De politiek zal opnieuw verantwoordelijkheid moeten nemen voor het vervoer, door het openbaar vervoer in publieke handen te nemen

  • 1 Twintig multinationals in de fossiele brandstoffen zijn verantwoordelijk voor een derde van de uitstoot van alle broeikasgassen in de wereld. Een beter klimaat is alleen mogelijk als we de grote vervuilers eerlijk laten betalen. We stoppen met het subsidiëren van fossiele bedrijven. Er komt een CO2-heffing waarmee we gericht de grote vervuilers belasten. De energierekening maken we rechtvaardig door huishoudens en het mkb minder te laten betalen.
  • 2 Met een Green New Deal binden we tegelijk de strijd aan met de klimaatcrisis, de wooncrisis, de economische crisis en de sociale ongelijkheid. Het klimaatdoel wordt aangescherpt en we maken de energievoorziening weer publiek zodat we fors meer duurzame energie kunnen opwekken, onder andere met uitbreiding van windparken op zee en zonnepanelen op alle geschikte daken. We creëren groene banen in de energie, duurzame productie en het verduurzamen van woningen.
  • 3 Milieuvervuiling pakken we hard aan. We maken snel een einde aan het gebruik van microplastics. En aan de productie van PFAS. We dwingen de vervuilende industrieën om het gebruik van plastic af te bouwen. Ook voeren we statiegeld in voor blik en plastic flesjes. De normen voor luchtkwaliteit scherpen we flink aan. Het lozen van gevaarlijke stoffen in bodem, water en lucht kan niet meer. We treden harder op tegen afvaldumping. Storten van vervuild afval (zoals granuliet) staan we niet toe. Het verbod op asbest moet veel beter worden gehandhaafd.
  • 4 Kernenergie is niet veilig en schoon (waaronder het kernafval) en voor ons geen duurzaam alternatief. De kolencentrales worden gesloten, evenals de kerncentrale bij Borssele. We maken versneld een einde aan de gaswinning in Groningen en de rest van het land (ook in de Waddenzee). We stoppen direct met houtkap voor biomassa. We leggen ook geen woonwijken meer aan met deze schadelijke biomassacentrales.
  • 5 We behouden en verbeteren de biodiversiteit. Natuurgebieden worden met elkaar verbonden en we zorgen voor een flinke uitbreiding van de natuur, ook in zee. In veenweidegebieden wordt de waterstand waar mogelijk verhoogd. Aantasting van de natuur en landschap door bebouwing en versnippering gaan we tegen. Met een nationaal bomenplan gaan we voor elke Nederlander een boom plan­ten, ook als extra bijdrage aan een beter klimaat. Er komt een apart programma om stikstofuitstoot te bestrijden, zodat we woningen kunnen blijven bouwen, gebaseerd op het weghalen van stikstofbronnen en uitbreiden van de natuur. De hobbyjacht gaan we verbieden
  • 6 We stoppen met de bio-industrie. Weidegang wordt verplicht. In plaats van de intensivering en schaalvergroting ondersteunen we boeren die diervriendelijk en duurzaam produceren. De duurzame boer verdient ook een duurzaam inkomen. Minder transport over de wereld en meer regionale productie. Geen gevaarlijk landbouwgif, maar biologische bestrijding. En garanties voor de gezondheid van boeren, bewoners en dieren. Een stevige beperking van de veestapel is nodig om verdere milieu- en klimaatschade tegen te gaan. Door een importverbod voor elke soort bont maken we Nederland bontvrij. We willen een verbod op het patenteren van gewaseigenschappen.
  • 7 Op veel plaatsten is het openbaar vervoer verschraald of verdwenen. We gaan investeren in het OV, ten koste van asfalt, en geven provincies de mogelijkheid eigen vervoersbedrijven op te richten en álle kernen in het gungebied te bedienen. Daarbij moet vervoer op maat mogelijk zijn, in het bijzonder voor mensen met een beperking. Stads- en streekvervoer maken we gratis voor ouderen (65-plus) en jongeren (12-min) en voor mensen met een beperking. De huidige OV-autoriteiten (zoals in Rotterdam/ Den Haag en Amsterdam) schaffen we af. We investeren meer in fiets- en wandelinfrastructuur. De Westerscheldetunnel in Zeeland wordt tolvrij.
  • 8 Niet concurrentie, maar samenwerking is de beste manier om het spoorvervoer te organiseren. Spoorvervoer en binnenvaart moeten een beter alternatief worden voor het vervoer over de weg. De NS en ProRail voegen we samen in één publiek spoorbedrijf. We zetten in op méér en betere treinverbindingen (inclusief een nachtnet) vanuit Nederland met de grote Europese steden. We willen ook de Lelylijn aanleggen.
  • 9 Vliegen moet voortaan schoner, door vervuilende en lawaaierige vliegtuigen te weren. Vliegen moet ook eerlijker, door mensen die veel vliegen meer te laten betalen voor de CO2-uitstoot, zonder vliegen voor anderen onbetaalbaar te maken. Vliegen binnen 750 kilometer maken we minder aantrekkelijk. De KLM is afhankelijk geworden van publieke steun en moet daarom een publiek bedrijf worden. We willen niet méér, maar minder vliegverkeer, ook op Schiphol. Lelystad Airport gaat niet open.
  • 10 We bouwen aan een circulaire economie, door het recyclen van grondstoffen en stimuleren van nieuwe technologieën. Daarbij willen we meer ruimte voor alternatieve energiedragers, waaronder waterstofgas. We bestrijden de wegwerpeconomie. Bedrijven maken helaas vaak producten met een te korte levensduur. Met regels en heffingen dwingen we af dat producten langer meegaan en veel schoner worden gemaakt.

9 Leven in één land

Vrijheid begint met het gunnen van ruimte aan andere mensen. Wij vormen één gemeenschap, gebouwd op onze gedeelde waarden, van menselijke waardigheid, gelijkwaardigheid en solidariteit. We accepteren geen enkele vorm van discriminatie – door niemand. Niet door bedrijven die weigeren om mensen aan te nemen vanwege hun achtergrond; niet door groepen extreme salafisten die kinderen opvoeden in haat tegen onze vrijheid en democratie; niet door politici die mensen tegen elkaar opzetten met een politiek van racisme.

Tientallen miljoenen mensen wonen niet meer thuis, vanwege oorlog en armoede, ziekte en natuurrampen. De oorzaken waarom mensen vluchten, pakken we aan – onder meer door te stoppen met oneerlijke handel. In lijn met het Vluchtelingenverdrag houden we vast aan het verschil tussen vluchtelingen en migranten. We bieden hulp overal waar dat nodig is en zorgen dat mensen goed worden opgevangen, in de regio en in ons land. Mensen die niet veilig in de regio terecht kunnen nemen we op binnen de EU.

  • 1 We accepteren geen enkele vorm van discriminatie – door niemand. Discriminatie bestrijden we, op basis van ras of van seksuele geaardheid, religie of leeftijd, of wat dan ook. Dat geldt ook voor de achterstelling van mensen op basis van klasse. Politie en OM krijgen meer mensen en mogelijkheden om discriminatie van onder meer LHBTI+’ers te onderzoeken en te vervolgen. We maken vaart met de uitvoering van het VN-verdrag inzake de rechten van mensen met een beperking.
  • 2 We bestrijden de tweedeling en segregatie op school en in de buurt, bijvoorbeeld door in armere én rijkere wijken huizen van verschillende prijzen te bouwen. Ook in rijkere buurten wordt ruimte gemaakt voor de huisvesting van nieuwkomers. Arbeidsmigranten worden vaak uitgebuit en leven in te kleine woningen, wat kan leiden tot overlast. Om dit te voorkomen gaan we de huisvesting van arbeidsmigranten reguleren.
  • 3 De arbeidsinspectie krijgt meer mogelijkheden en middelen om discriminatie op de arbeidsmarkt aan te pakken. We benoemen en veroordelen bedrijven die discrimineren. Zij verliezen eventuele subsidies en komen niet meer in aanmerking voor overheidsopdrachten. We accepteren niet dat vrouwen hetzelfde werk doen en daarvoor minder verdienen dan mannen. In het onderwijs komt meer aandacht voor racisme en de omgang met andersdenkenden.
  • 4 Voor een succesvolle integratie krijgen statushouders en migranten zo snel mogelijk goed onderwijs door de overheid. In taal, voor het werk en de inburgering, met aandacht voor de grondwettelijke rechten en plichten die we in ons land kennen. Een specifiek integratiebeleid komt er voor mensen met grote afstand tot onze samenleving, zodat problemen als taal en werkloosheid, maar ook eer-­gerelateerd geweld en genitale verminking worden aangepakt.
  • 5 We beschermen ons vrije en democratische land tegen organisaties die haat zaaien en geweld prediken, waaronder extreemrechtse groeperingen en extreme salafisten. Ronselaars en haatpredikers worden uit ons land geweerd of vervolgd. Financiering van politieke en religieuze organisaties vanuit het buitenland staan we niet toe. Dat geldt ook voor de aansturing van moskeeën en andere organisaties vanuit het buitenland.
  • 6 Artikel 23 gaat op de schop. De vrijheid om een school te stichten mag nooit een vrijbrief zijn om jongeren buiten te sluiten. Elke school dient elke leerling te accepteren en mag deze niet weigeren op basis van de levensovertuiging of geaardheid. Ook mag bijvoorbeeld de geloofsovertuiging geen reden zijn om een docent niet aan te nemen. Op elke school krijgen kinderen les in de grondrechten die gelden in onze samenleving.
  • 7 Uitbuiting van werknemers gaan we tegen. Om te voorkomen dat arbeidsmigranten worden uitgebuit reguleren we uitzendbureaus en voeren we (tijdelijke) werkvergunningen in. We maken een einde aan de dubbele pet van werkgever en huisbaas. We gaan uit van gelijk loon voor gelijk werk, de bedrijven betalen alle werknemers volgens de geldende cao-afspraken. Stagediscriminatie door bedrijven gaan we vervolgen.
  • 8 Vluchtelingen die niet veilig in de regio terecht kunnen, nemen we op in de EU. Alle lidstaten moeten hier een bijdrage aan leveren. We stoppen het wegkijken van lidstaten, waar kwetsbare mensen de dupe van worden, zoals pijnlijk duidelijk wordt in de Griekse opvangkampen. We bestrijden mensensmokkel en maken meer werk van de hervestiging van mensen. Alle gemeenten dragen evenredig bij aan de opvang van vluchtelingen.
  • 9 Nieuwkomers moeten zo snel mogelijk Nederlands leren en kunnen integreren. Daarbij is belangrijk dat mensen snel aan het werk worden geholpen of op een andere wijze de mogelijkheid krijgen om een bijdrage te leveren aan onze samenleving. Het verblijfsrecht van in ons land gewortelde kinderen gaan we wettelijk regelen. Mensen die geen recht hebben op een verblijf, dienen terug te keren naar hun land van herkomst.
  • 10 Meer aandacht is nodig voor het voorkomen van eerwraak, misbruik en huiselijk geweld. Door een programma tegen seksisme, huwelijksdwang en eer-gerelateerd geweld. En vóór de zelfbeschikking van vrouwen. Slachtoffers van bedreiging en stalking moeten beter worden beschermd, door contacten gebiedsverboden. Discriminatie van vrouwen en LHBTI+’ers pakken we aan. We gaan de wettelijke verplichtingen uitvoeren die voortvloeien uit het Verdrag van Istanbul. Daaronder vallen ook geweld, huwelijksdwang, mishandeling en stalking.

10 Een betere wereld

Na de Tweede Wereldoorlog wilden landen in Europa meer gaan samenwerken, om de economie op te bouwen en een nieuwe oorlog te voorkomen. Dit goede project is gekaapt, vanaf het moment dat de Europese Unie de belangen van bedrijven boven die van burgers stelde en de interne markt belangrijker werd dan de democratie. Daarom willen we een heel ander Europa. Een nieuw Europees Verdrag waarin de landen goede afspraken maken over samenwerking, maar waarbij zij hun eigen democratie en zelfstandigheid behouden.

Nederland heeft de afgelopen jaren meegewerkt aan een permanente oorlog, in onder meer Afghanistan, Irak en Syrië. Nergens hebben deze oorlogen geleid tot vrede. Wel hebben ze veel leed veroorzaakt en veel slachtoffers gemaakt. Vernietiging van landen leidde tot miljoenen vluchtelingen en versterkte de positie van terroristische organisaties. We stoppen met deze zinloze oorlogen en kiezen voor een vredespolitiek. We bestrijden oneerlijke handel die leidt tot uitbuiting en helpen andere landen om zichzelf te ontwikkelen.

  • 1 We starten met onderhandelingen over een nieuw Europees Verdrag. In dat verdrag versterken we de zelfstandigheid van de aangesloten landen, vergroten we de inspraak van burgers en geven we de lidstaten meer eigen bevoegdheden. Zonder de afgedwongen privatiseringen en uitholling van voor­zieningen. Dit verdrag zal middels een referendum ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Nederlandse bevolking.
  • 2 We willen samenwerken in Europa, voor de aanpak van internationale criminaliteit, een goede opvang van vluchtelingen en een effectief klimaatbeleid. Maar we willen geen beleid krijgen opgelegd door ambtenaren uit Brussel. De lobby van grote bedrijven en banken in Brussel moet drastisch worden ingeperkt. De Europese Commissie als politiek orgaan kan worden afgeschaft. Het Europees parlement kan een plek worden waar parlementariërs van de lidstaten elkaar ontmoeten en afspraken maken.
  • 3 Als munt is de euro onhoudbaar, omdat de economieën van de eurolanden te veel verschillen. De huidige muntunie met haar beklemmende regels is zowel voor de zuidelijke als voor de noordelijke landen een financieel dwangbuis. Daarom is het goed om in de komende periode voorbereidingen te treffen en op zoek te gaan naar alternatieven die veel beter zijn voor de economieën van de aangesloten landen.
  • 4 De Europese Unie is veel te snel gegroeid, waardoor een goede samenwerking tussen de 27 landen van de unie steeds moeilijker wordt. Verdere uitbreiding is dan ook niet mogelijk. De Europese Unie moet het eigen huis eerst op orde maken voordat we nieuwe gasten kunnen ontvangen. Niet alleen de nieuwe maar ook de huidige lidstaten zouden we periodiek moeten beoordelen of ze nog aan de voorwaarden voldoen.
  • 5 De Europese Unie kan geen handelsverdragen meer sluiten zonder toestemming van de parlementen van de lidstaten. We zetten ons in voor eerlijke handel, zonder privileges voor multinationals en met harde normen voor de bescherming van mens en milieu. Zodat niet alleen de bedrijven, maar vooral de mensen hiervan profiteren. Grote handelsverdragen leggen we in een bindend referendum voor aan de bevolking. Ontwikkelingslanden steunen we bij het maken van een rechtvaardig klimaatbeleid.
  • 6 De strategie van de permanente oorlog verlaten we. In plaats daarvan willen we een nieuwe internationale veiligheidsstructuur onder leiding van de Verenigde Naties. De NAVO moet niet meer opereren als een agressieve interventiemacht. We willen geen nieuwe onderzeeërs, dat geld investeren we in onderwijzers. De JSF-vloot breiden we niet uit. Nederlandse JSF-vliegtuigen krijgen geen nieuwe kernwapentaak.
  • 7 We hervormen de krijgsmacht. Naast de verdediging van het eigen land kan die ook worden ingezet voor vredestaken die worden uitgevoerd op basis van een VN-mandaat. Ons land levert geen wapens (of onderdelen daarvan) meer aan landen waar de mensenrechten worden geschonden en stopt met de doorvoer van deze wapens. We ondertekenen het VN-verdrag voor het verbod op kernwapens. Alle bestaande Amerikaanse kernwapens op Nederlands grondgebied sturen we weer terug.
  • 8 De bescherming van de mensenrechten moet het uitgangspunt zijn in ons buitenlandbeleid en tevens een kernpunt vormen van de handelsverdragen die we sluiten. Daarbij zetten we ons in voor activisten en organisaties die door hun strijd voor de mensenrechten in de problemen komen en volkeren en groepen die elders in de wereld worden uitgebuit en onderdrukt. De EU moet toetreden tot het Europees Mensenrechtenverdrag en het Europees Sociaal Handvest van de Raad van Europa.
  • 9 We bieden altijd noodhulp, waar en wanneer dat nodig is. 0,7 procent van het geld dat we met z’n allen verdienen gaat naar ontwikkelingshulp. Dit geld moet ook terechtkomen in de ontwikkelingslanden. Om daar de zorg te verbeteren, de infrastructuur te versterken en de lokale bedrijvigheid te vergroten. Daarmee worden ook armoede en migratie teruggedrongen. We steunen landen in het behoud van de natuur en het ontwikkelen van eigen klimaatbeleid. Geld voor ontwikkelingshulp geven we niet aan corrupte regimes, maar aan betrouwbare organisaties in de landen.
  • 10 Bedrijven in ons land, en ook de hoofdkantoren van buitenlandse bedrijven, beboeten we als sprake is van misstanden die zijzelf of toeleveranciers elders in de wereld veroorzaken. Internationaal maken wij ons hard voor wetten en regels om uitbuiting, vervuiling en corruptie door multinationals aan te pakken. We stoppen met de belastingconstructies die via ons land lopen en waardoor armere landen miljarden mislopen. En strijden samen met andere landen tegen dergelijke internationale belastingontwijking.

Zo gaan we dit betalen

We staan als land op een belangrijk kruispunt. Wie gaat de rekening van de coronacrisis betalen? Na de kredietcrisis kregen de grote bedrijven miljarden steun en moesten gewone mensen de rekening betalen. De banken werden gered, maar op de publieke sector werd bezuinigd. Van zorg tot onderwijs, van OV tot wonen, alles werd duurder en slechter. De schuld van de overheid werd daardoor overgeheveld op de samenleving.

Jaren later is de staatsschuld in Nederland daarom nog steeds veel lager dan in de ons omringende landen en het Europese gemiddelde, ondanks alle steunmaatregelen. Maar de schulden van Nederlandse huishoudens behoren ondertussen tot de allerhoogste in Europa en dreigen door de coronacrisis nog verder te stijgen. Economen zijn het eens dat het onverstandige en oneerlijke bezuinigingsbeleid de vorige crisis erger heeft gemaakt en langer heeft laten duren. Dat mag niet nogmaals gebeuren

De overheid gaat nu veel schulden aan om de gevolgen van de coronacrisis te verkleinen. Hoewel dit gebeurt met brede maatschappelijke en politieke steun, laat de huidige regering grote begrotingstekorten achter, waar de komende regering mee te maken zal hebben. In tegenstelling tot de neoliberale jaren na de kredietcrisis zullen wij deze coronarekening niet overhaast afbetalen door rigoureus te bezuinigen of de lasten drastisch te verhogen voor de mensen met een bescheiden inkomen of met wat spaargeld.

Door de lage rentestand is zulk onverstandig en oneerlijk financieel-economisch beleid nu ook niet nodig. Wij willen de rekening eerlijk verdelen, waarbij bedrijven en mensen met de allerhoogste inkomens en vermogens de zwaarste lasten dragen, zodat wij kunnen blijven investeren in onze collectieve voorzieningen

  • Wij trekken veel geld uit voor de publieke sector, voor hogere lonen en koopkracht. Wij zorgen voor een hoger salaris en meer collega’s in de publieke sector, terwijl wij de rekening van onze zorg eerlijker verdelen, bijvoorbeeld door het eigen risico af te schaffen. Met dit soort sociale investeringen stimuleren wij de binnenlandse consumptie en de lokale economie, waardoor ook het mkb meeprofiteert en het inkomen van de overheid overeind blijft.
  • • De grote bedrijven en de hoge vermogens laten wij ondertussen hun eerlijke deel bijdragen, bijvoorbeeld door de winstbelasting te verhogen, door een belasting op digitale diensten en financiële transacties te introduceren, oneerlijke belastingkortingen af te schaffen, de bankenbelasting te verhogen en een miljonairsbelasting in te voeren.
  • • Wij stoppen met alle vormen van overheidssteun aan de militaire en fossiele industrie en andere multinationals die meewerken aan milieuvervuiling of uitbuiting in Nederland, of elders in de wereld. Wij verhogen de lasten op kapitaal en milieuvervuiling en verlagen juist de lasten op arbeid van mensen met een laag of middeninkomen. Bestuurders met de allerhoogste inkomens en expats gaan daarentegen meer belasting betalen. Op deze manier voorkomen wij dat er een structureel begrotingstekort ontstaat.

Dit zullen de hoofdlijnen zijn van ons begrotingsbeleid; eerlijk en realistisch. Wij kiezen voor eerlijke politiek én stabiele overheidsfinanciën op de middellange termijn. Wij bezuinigen de komende jaren niet op publieke voorzieningen en accepteren daarmee begrotingstekorten die wij jaarlijks verkleinen met eerlijke en duurzame economische groei, waar vooral de lagere- en middeninkomens van profiteren. Wij willen ons land uit de crisis halen door op grote schaal te investeren. De openstaande rekening die de coronacrisis en de huidige regering achterlaten, willen wij op deze manier eerlijk verdelen.